Door Carlijn Tempelaars

okt 25 2016

Adviseren, Strategie | Innovatie

DEEL DIT VIA:

Een paar weken terug werd ik gevraagd om wat meer uitleg te komen geven over lean start-up. Zonder er echt over na te denken had ik een afspraak ingepland om deze leeftijdsgenoten te helpen. Voordat ik de auto in stapte naar de afspraak plukte ik nog snel het lean start-up boek van Eric Ries van de boekenplank en stopte het in mijn tas. Eenmaal onderweg begon ik me toch wel een beetje zorgen te maken. Ik weet best wel wat af van lean start-up, maar om nou te zeggen dat ik de expert ben, gaat iets te ver. Zou ik hun vragen wel kunnen beantwoorden?

Anderhalf uur zaten we bij elkaar, en ik heb aan een stuk door gepraat over allerlei soorten vormen van werken. Allerlei vormen die je de laatste tijd op ziet poppen: agile werken, design thinking, lean start-up, holacracy. Er wordt vaak misbruik gemaakt van deze termen. Het zijn vooral buzz woorden waar organisaties hongerig onderzoek naar doen. Het lijkt haast een trend om te kunnen zeggen dat je scrum werkt (net als ING!), of design thinking toepast.

Tijdens het gesprek kwam ik er eigenlijk achter dat als je boven al deze termen gaat staan je enorm veel overeenkomsten ziet. Het is haast een filosofie die boven deze verschillende vormen van werken ligt. De belangrijkste basisbeginselen van deze filosofie, zoals ik deze zie, heb ik opgesomd.

Alles draait om de klant

Eigenlijk is dit een té open deur. ‘De klant is koning’ is een uitspraak die al eeuwen mee gaat in onze taal. Maar het heeft de laatste jaren wel een andere lading gekregen. Aan de ene kant gaat het over de perfecte customer journey, de weg met contactmomenten die de klant bij jouw organisatie aflegt. Aan de andere kant gaat het over de klant daadwerkelijk betrekken bij je product of dienst. Regelmatig valideren, in continue dialoog zijn met je klant. Blijven graven totdat je echt achter de behoeftes komt van je klant.

Als je maar wendbaar bent

Flexibiliteit. Snel kunnen inspelen op veranderingen. Daar draait het uiteindelijk om. De belangrijkste pijler om flexibel te kunnen zijn is door kort cyclisch te werken. Want dan kun je vroeg aan de bel trekken als het niet goed gaat, dan kun je sneller opschalen als kansen zich voordoen. Dan kun je vroeg testen en valideren bij de klant. Je kunt dan ook als team regelmatig reflecteren op de teamperformance. Hoe zou je nog efficiënter kunnen werken? Waar kun je elkaar meer mee helpen? Hoe kun de individuele talenten zo optimaal mogelijk worden ingezet?

Samen multifunctioneel

Écht snel schakelen kun je pas als binnen het team alle disciplines zijn vertegenwoordigd die een belangrijke schakel zijn in het eindproduct (of dienst). Je bent samen verantwoordelijk van begin tot eind. Het is zichtbaar waar het team zich in het proces bevindt. Kan er parallel gewerkt en ontwikkeld worden? Moet je even op elkaar wachten? Kun je elkaar dan helpen? Kun je samen dingen afmaken en samen de feedback ophalen bij de klant? Als teams dat voor elkaar krijgen wordt de time to market korter, het product beter en de kosten lager. Idealiter natuurlijk.

En toen was alles transparant

Je komt er haast niet onderuit. Als je wendbaarder wilt zijn, veel wilt schakelen met de klant, open wilt zijn over zowel successen als tegenslagen, dan moet je je werk transparant maken. En dat kan doodeng zijn. Maar als teams daarvoor open voor staan, als individu en als team, dan levert dat veel op. Het is een drempel die men over moet, maar als je eenmaal in die transparante ruimte staat gaat het een team veel brengen.

Persoonlijk geloof ik niet in één perfecte manier van werken. Dat een van deze methoden de holy grail is. Ik geloof erin dat je als organisatie start met het adopteren van deze basisprincipes. En dat je vervolgens gaat kijken welke manier van werken het beste past bij jouw organisatie. Kijk eens kritisch naar de verschillende lagen in je organisatie. Welke hebben écht toegevoegde waarde? Hoe ben je nu georganiseerd? Welke processen lopen nu stroef en welke juist heel soepel? Wat wil je behouden aan de huidige manier van werken en wat zou je graag aan willen passen?

Mijns inziens zijn dat de eerste vragen die je zou moeten beantwoorden in plaats van je direct op een bepaalde methode te storten. Kun je dan een theorie 1 op 1 toepassen binnen je organisatie? Dat gaat niet, je zult altijd een methode moeten tweaken zodat deze goed voor jouw organisatie past. Wel zonder afbreuk te doen aan de theorie!

Het was een hartstikke leuk gesprek, waarin ik uiteindelijk uitkwam op deze basisprincipes. Zij waren er erg mee geholpen en zijn met deze boodschap teruggegaan naar hun eigen organisatie. Een week later kwam er eenzelfde vraag op mijn pad waar nu een mooie opdracht uit is gekomen. Hartstikke leuk om organisaties met dit vraagstuk te helpen.